Edvard Frants Röntgen
- Nederlandse cellist (Amsterdam, 12 juni 1902 – Merano, Zuid-Tirol, 14 sept. 1969).
- Tweede zoon van Julius Röntgen en Abrahamina des Amorie van der Hoeven.
- Cellostudie aan Amsterdamsch Conservatorium, 1920 – 1924.
- 1924 – 1967 tweede solocellist Het Residentie Orkest te Den Haag.
- 1935 huwelijk met Freda Mieke Bertha Cheriex (1909 – 1994).
- Eén zoon, Julius Engelbert Frederik (1945), leraar Duits.
- Bestuursfuncties in de Openbare Muziekbibliotheek te Den Haag en in de Haagse Kunstkring.
- Lid van het Hollandsch Strijkkwartet en het (tweede) Röntgen Trio, met zijn broers Johannes en Joachim.
In 1900 werden Abrahamina en Julius verblijd met de geboorte van een dochter, Amanda, vernoemd naar Julius’ eerste vrouw. Zij stierf echter al op vierjarige leeftijd ten gevolge van een longontsteking. In huize Röntgen werd gefluisterd, dat zij ook muzikaal hoogbegaafd zou zijn geweest. Op 12 juni 1902 werd Edvard Frants Röntgen geboren, vernoemd naar de Noorse componist Edvard Grieg. Ook hij bleek muzikaal zeer begaafd te zijn. Na zijn Gymnasiumjaren ging hij naar het Amsterdams Conservatorium en kreeg daar celloles van Isaac Mossel. Begin 1924 studeerde hij cum laude af aan het Conservatorium. Op het Conservatorium was hij bestuurslid van de Vereniging van Conservatoriumstudenten.
Via een vriend van zijn vader, de componist en dirigent Peter van Anrooy, kreeg Edvard de kans om direct na zijn afstuderen in het Residentie Orkest orkestmusicus te worden. Na de dood van Julius Röntgen zorgde hij er voor dat zijn muzikale nalatenschap een plaatsje zou krijgen in de grote muziekverzameling in het Haagse Gemeente Museum. Het zou een van de grootste componisten archieven worden binnen de grote muziekbibliotheek, die na enige omzwervingen door de stad terechtkwam in het nieuw opgerichte Nederlands Muziek Instituut. Tijdens zijn werk bij het Residentie Orkest bleef hij verder werken aan een mogelijke solocarrière. In 1935 trouwde hij Freda Mieke Bertha Cheriex en nam hij tijdens zijn huwelijksreis naar Barcelona enkele privé lessen bij de cellist Pablo Casals, die hij tijdens zijn bezoek aan Bilthoven had leren kennen. Met enkele collega’s van het orkest o.a. Willem Brederode (de latere directeur) was hij actief in het Hollandsch Strijkkwartet. Hij speelde naast de gambist Carel van Leeuwen Boomkamp jaren lang op vele plaatsen in het land de gamba-obligaten in de Matthäus- en de Johannes Passion. Voor het Residentie Orkest was hij ook actief als schrijver van talloze toelichtingen voor de programmaboekjes. Hij sloot zijn carrière af als tweede solocellist naast Martin Zagwijn.
In de Tweede Wereldoorlog werd het spelen in het Orkest steeds moeilijker. Het Orkest weigerde en bloc lid te worden van de Kultuurkamer en moest gratis optreden voor de soldaten van de Bezetter. Na de oorlog kreeg het orkest in 1949 Willem van Otterloo als dirigent. Van Otterloo, oorspronkelijk cellist en afkomstig van het Utrechts Symphonie Orkest, zou het Residentie Orkest tot internationale hoogte brengen. Voor Edvard de reden om in Den Haag te blijven. Hij bleef actief als kamermuziekspeler vaak ook met zijn broers Joachim en Johannes in het nieuwe, tweede Röntgen Trio. Hij was jarenlang secretaris van het Bestuur van de Haagse Muziekbibliotheek. Na de fusie met de Openbare Bibliotheek bleef hij bestuurslid van deze instelling. De orkestreis naar de Verenigde Staten was een van de hoogtepunten van zijn carrière. De laatste jaren van zijn werkzame leven zijn moeilijk voor hem geworden. Het onregelmatige werk en zo nu en dan veeleisende dirigenten eisten zijn tol. In november 1964 kreeg hij een hartaanval, die hem een half jaar uitschakelde. Tijdens een bijeenkomst in een van de foyers van het Kurhaus werd in 1967 afscheid genomen van Edvard Röntgen en Martin Zagwijn. Het was een moeizaam bereikte mijlpaal. In april 1969 had hij zijn broer Johannes, met wie hij zo graag musiceerde, verloren. In een diep emotionele bijeenkomst namen Edvard en Joachim musicerend afscheid van hun zo geliefde broer. Edvard heeft niet lang van zijn pensioen genoten. Hij overleed op 14 september 1969 in Merano in Zuid Tirol.